Afgelopen week vergaderde de Ermelose Raad over startfinanciering van het onderzoek naar de haalbaarheid van een industrieterrein langs de A28. De coalitie stemde enthousiast voor de plannen. De wethouder waarschuwde dat het geen lokaal bedrijventerrein kan worden.
In de vergadering bleken de voorstemmende partijen allemaal van mening dat het industrieterrein een Ermelose aangelegenheid is, Ermelose bedrijven daarheen verplaatsen zou ruimte moeten geven op bestaande terreinen en in de verre toekomst misschien wel woningbouw in de buurt van Calluna mogelijk maken.
De wethouder, Hugo Weidema, was duidelijk in zijn antwoord. Een bedrijventerrein ontwikkel je niet alleen en je hebt ook geen zeggenschap over wie daar komt te zitten. In EZPH-verband, Ermelo, Zeewolde, Putten en Harderwijk, wordt de ontwikkeling aangevlogen, al lijkt het erop dat Putten de kant van Barneveld op wil en een motie heeft geaccepteerd die het vertrek mogelijk maakt.
De wethouder waarschuwde de partijen. Het ‘lokaal’-idee van de Ermelose politiek is niet reëel. De regio en de provincie hebben misschien wel meer in de melk te brokkelen dan de Ermeloërs. Zoals we zagen met de windmolens, het is niet ondenkbaar dat besluiten die nu worden genomen in de loop van de tijd als een boemerang terugkeren.
Alsof niemand luisterde en met de waarschuwing van de wethouder op zak bleken CU, CDA, EenErmelo, VVD en SGP enthousiast voor te stemmen om te proberen om een lokaal industrieterrein te realiseren. Het go/no-go moment is na de inventarisatie. Het prijskaartje voor nu is 4,6 ton.