Wantrouwen of communicatie

Vlak voor middernacht afgelopen woensdag, tijdens de raadsvergadering, wist Henry Luitjes van Eén Ermelo het zeker. Hij had er onderzoek naar gedaan: “het wantrouwen” in de gemeenteraad is ontstaan in de achterkamertjes.

Want, zo zei hij: in de tijd van Baars had die man de handhaving onder zijn beheer en werd er alleen maar overlegd met de fractievoorzitters en vaak ook onder embargo. Daar krijg je volgens hem wantrouwen van want niet iedereen weet hetzelfde. Dus zo is het gekomen.

Nogal wat mensen keken van deze openbaring op, en Baars is allang vergeten. Was dit een snelle actie om het punt te maken dat Eén Ermelo vaker maakt? “Het bestuur in Ermelo was/is niet te vertrouwen maar wij doen het beter”? Hun advertentie onlangs in het Ermelo’s Weekblad loog er ook niet om, zelfs de eigen wethouder werd door Een Ermelo bijna bij het vuil gezet.

Die partij zelf vindt zich goed bezig en dat beeld wordt vervolgens uitgedragen via die grote krantenadvertenties. Qua communicatie top.

Maar ligt het zo, is er wantrouwen? Wij gingen een kop koffie drinken met Evelien Kars van Progressief Ermelo om te zien hoe zij tegen de zaken aankijkt.

Wantrouwen moet je kunnen

Kars ziet het wantrouwen niet, omdat ze zelf niet zo is. Ze wil wel antwoord op haar vragen en als die niet komen, zoals rond het conceptadvies bij Tomassen, dan bijt ze vast. Niet omdat ze het college niet vertrouwt maar omdat ze antwoord wil op vragen die ze als raadslid stelt.

Evelien heeft daarmee een punt. Antwoorden op vragen zijn vaak vaag of niet juist. Met enige verbazing zagen wij dat de ‘menselijke fout’ intrede deed in de beantwoording. Een concept zou niet opgevraagd zijn, toen werd het niet verstrekt en toen lag het aan iemand. “Menselijke fout”, vertelde wethouder Weidema. Bijzonder, want waarom geef je iemand die niet bestaat de schuld van een document dat je zelf niet hebt aangedragen? En ook al is het zo gegaan, dit voelt niet.

De griffie (het ‘secretariaat’ van het gemeentehuis) heeft naar verluid ook ingezien dat lang niet elke vraag adequaat beantwoord wordt en vroeg er aandacht voor. Vragen werden zo weer teruggezet naar ‘niet behandeld’ en dan ontstaat er zeker een sfeertje. Maar wantrouwen, de vertrouwensvraag stellen?

Evelien niet. Het interview dat ze met Han Wilhelm (HEE22) een paar weken geleden aan de Stentor gaf had echter een kop die daar op leek te wijzen: “Oppositie wantrouwt wethouder in hoofdpijndossier rond eendenslachterij Ermelo”. Zoals vaker bij de Stentor dekte de kop de lading van het gesprek niet.

Wantrouwen? Of de manier waarop

Laat Ermelo zich door De Stentor leiden in de manier waarop Ermeloërs naar elkaar kijken? Zijn er mensen met belang in onrust en wantrouwen? Je zou zeggen van niet, maar is het zo simpel? Vaak draait het om communicatie, dus hoe is die?

We nemen een paar voorbeelden bij de kop.

Ronald op de fiets

Afgelopen weken schreven we een stukje over wethouder Ronald van Veen die op de fiets op een voor iedereen volkomen onbekend fietspad reed dat in Drie bleek te liggen. Wij schreven die opmerking erbij en Ronald reageerde subiet: “Dank voor de feedback, we kunnen dit inderdaad beter communiceren”.

Kadernota

Ermelo werd door de Kadernota 2024-2027 verrast en op z’n punt gezet met een presentatie door twee niet-Ermelose bedrijven, zonder enige kennis van de lokale cultuur, de influencers en de powers that be. Zij gaven op basis van objectieve kengetallen en observaties aan waar je kunt bezuinigen.

Het effect van deze werkwijze? De wethouder is sindsdien bezig met uitleggen dat er nog geen sprake is van hete soep, dat deze nota het begin is van een gesprek om samen zeven miljoen bij elkaar te harken. Dat hij dit moet blijven uitleggen komt omdat er geen echte communicatie is geweest.

Er waren voor het college mogelijkheden genoeg om vóóraf te vertellen hoe hun gekozen route eruit ziet: “We nemen een paar bedrijven en adviseurs in de hand, hen laten we naar Ermelo kijken en onafhankelijk als ze zijn komen ze misschien met nieuwe inzichten. Dat experiment gaan we aan, we tuigen daarmee de kadernota op en gaan vervolgens in gesprek met iedereen om zo samen aan een plan te bouwen.”

Goeie kans dat er veel minder hard geprotesteerd was.

Tomassen

Tomassen is ook zo’n ding. Het college neemt naar eigen zeggen iedereen mee, en schrijft en deelt inderdaad trajectverslagen. De intentie om iedereen mee te nemen lijkt oprecht maar als er weer een vogel op iemand z’n kop schijt is de wethouder of te laat of niet accuraat of net niet bij de les of deelt een dwangsom uit danwel zet een betonblok neer. Terwijl je weet dat er gedoe aan komt.

Het gemeentehuis wéét dat de controleurs op 3 mei bij Tomassen voor de deur stonden, en ook wat de resultaten waren. Dan kan je wachten tot DOEH of de krant wat roept maar je kunt ook pro-actief je verhaal vertellen.

Communicatie, as always

Onze conclusie: het schort aan de communicatie en daar krijg je verwarring van. Daar maken sommigen dan weer gebruik van en zo ontstaat herrie. Herrie die te voorkomen is. Als het verhaal er vooraf en op tijd is, completer, accurater en meer 2023 dan heb je het nooit over wantrouwen.

Wie verantwoordelijk is voor de communicatie blijft in ons gesprek onbeantwoord. Je zou zeggen dat het de directeur is, verantwoordelijk immers voor de huishouding van het gemeentehuis. Anderen zeggen dat het per onderwerp door een wethouder wordt gedaan. Wij schuiven het vooralsnog op het bordje van voorlichting, en daarmee op dat van de directie.